Kraaijvanger Architects
Blaak 40
3011 TA Rotterdam
De waarde van historische binnensteden is enorm. Vanuit alle uithoeken van de wereld komen mensen naar Parijs, Venetië, Praag en Amsterdam gevlogen om zich te vergapen aan eeuwenoude gebouwen, straten en pleinen. We blikken intensief terug naar het verleden. We verzilveren de waarde die lang geleden is gecreëerd. Hoe komt het dat we in de vastgoed wereld het vooruitblikken beperken tot businesscases van 25 jaar? De ideeën en beelden over de toekomstige stad lijken zich de laatste jaren vooral te ontwikkelen in Hollywood. Dit levert vaak een abstract, utopisch en vaker nog, dystopisch beeld op dat bedoeld is als ondersteuning van een verhaal dat in de film verteld wordt maar niet functioneert als ontwikkelmodel voor de stad.
Met Contrast willen we een gesprek starten dat gaat over de stad over 500 jaar. Welke ingrepen kunnen we nu doen waar de volgende generaties van kunnen profiteren?
Contrast biedt een vergezicht waarin de ontmoeting wordt opgezocht tussen stad en natuur. De beste voorbeelden van stedelijkheid zijn steden met hoge dichtheid. De mooiste natuurgebieden zijn grotendeels ongerept. In de visie Contrast intensiveren we zowel natuur als stad en zoeken het contrast tussen beiden op.
Voor alle succesvolle, aantrekkelijke steden geldt dat er een binnenstad is met historische waarde. Deze binnensteden worden dan ook massaal bezocht. De groeiende aandacht door dit massatoerisme is zo sterk dat veel historische binnensteden de capaciteit nauwelijks aan kunnen.
Opvallend is dat de rest van de stad, vaak qua oppervlakte het veelvoudige van de binnenstad, niet bezocht wordt. Deze gebieden zijn na WOII gebouwd en ontwikkeld op basis van functiescheiding. Bedrijventerreinen, kantoorlocaties en woonwijken zijn monofunctioneel uitgelegd en missen de diversiteit die in de historische stad zo gewaardeerd wordt. Veel van deze gebieden functioneren niet goed en veel gebouwen staan leeg. Ze zijn theoretisch gezien stad maar zijn niet stedelijk. Ze zijn ongedefinieerd.
De oorspronkelijke noodzaak van het uit elkaar halen van functies is, dankzij recente technologische ontwikkelingen, grotendeels verdwenen. We kunnen overal werken met laptops en tablets, lokaal energie opwekken met zonnepanelen en plaatselijk kleinschalig produceren met 3D-printers. Het duurt niet lang meer totdat transport en productie geen fijnstof of CO2 uitstoot meer heeft. Het is dus, kort gezegd, niet meer nodig om functies toe te bedelen aan bepaalde wijken. Hierdoor ontstaat ruimte in het nadenken over de toekomst van de stad.
Met het studieproject Contrast onderzoeken we welke delen van de monofunctionele gebieden echt stad moeten worden of op termijn gesloopt zouden kunnen worden en beschikbaar gesteld worden aan de natuur.
Rotterdam is een ideale testcase voor deze vraag. Het is een stad die zichzelf voortdurend vernieuwt en er is nog veel ruimte is om veranderingen aan te brengen. Op twee gebieden laten we dit gedachtegoed los; Het Zomerhofkwartier (ZOHO) en de Woudestein Campus. Voor ZOHO geldt dat het een plek zou kunnen zijn waar over 500 jaar de natuur tot de binnenstad zou kunnen worden doorgetrokken. Voor Woudestein geldt dat het over 500 jaar aan de rand van de stad zou kunnen liggen. De stad is dan ook echt stad en heeft een scherpe scheidslijn met de natuur, dat echt natuur is.
Denkt u met ons mee over de toekomst van de stad?